KISS-syndroom 

Huilbaby

Baby’s en jonge kinderen kunnen last hebben van een Hoog Cervicale Functie Stoornis (HCFS), vroeger het KISS-syndroom genoemd. Dat is een functiestoornis van de bovenste nekwervels, waardoor er allerlei problemen voor het kind ontstaan. Een van de symptomen kan zijn veel en ontroostbaar huilen. Deze kinderen worden daarom ook wel huilbaby’s genoemd. De manueel therapeut kan het syndroom goed en vaak ook met snel resultaat behandelen.

Wat zijn de symptomen? 
De kinderen huilen vaak opvallend veel, zijn ontroostbaar, spugen veel, slapen slecht, willen constant in beweging zijn, willen niet graag geknuffeld worden, huilen bij het aan- en uitkleden of zodra hun hoofdje aangeraakt wordt, liggen niet graag plat in de box, hebben last van ‘koemelkallergie’. De kinderen hebben vaak een voorkeurshouding.

Let op de lighouding!
Een kind met HCFS ligt altijd in precies dezelfde houding. Dat is de houding waarin het kind het minst pijn voelt. Daarom wordt die houding steeds weer opgezocht. Soms is het een opvallend scheve houding, maar niet altijd. Ouders herkennen deze ‘dwangstand’ daardoor vaak niet. In de dwangstand ligt het hoofdje altijd naar dezelfde kant opzij gebogen en gedraaid of wordt het voortdurend gestrekt in het matrasje gedrukt.

Gevolgen van de voorkeurshouding
De eenzijdige houding en constante druk op één plaats kan leiden tot misvorming van het hoofdje, een zijwaarts gekromde wervelkolom, een geïrriteerd bekkengewricht en een verkeerde stand van de heup. Het lichaam ontwikkelt zich daardoor niet symmetrisch, wat ernstige gevolgen heeft voor de motoriek van het kind. Schoolgaande kinderen die onbehandelde KISS hebben struikelen vaak, hebben een slechte concentratie, problemen met leren, veel hoofdpijn en zijn druk.

Hoe wordt HCFS behandeld?
De manueel therapeut  is gespecialiseerd in de wervelkolom en kan het HCFS daarom goed behandelen. Met zachte massage en mobiliserende technieken worden de bovenste nekwervels weer vrij gemaakt en de pijn opgeheven. Soms worden ook het bekken en de heupjes behandeld. Vanzelfsprekend gaat de therapeut hierbij uiterst voorzichtig te werk. ‘Kraken’ wordt niét bij baby’s toegepast!  

Wat is het resultaat?
Meestal na twee tot drie behandelingen is er resultaat. Het kind huilt niet meer, gaat opeens dingen pakken of omrollen, spuugt niet meer, slaapt opeens veel beter en wil knuffelen. Ouders van KISS-kinderen zeggen dan ook vaak dat ze opeens een heel ander kind hebben. De therapeut geeft ook advies en oefeningen mee.

Meer informatie
Neem voor meer informatie contact  op met Manja Weetzel of kijk op www.ewmm.net.